Arteventura
De hele maand oktober was ik artist in residence bij Arteventura in Andalusië . Arteventura is gevestigd op een 25 hectaren grote finca vlak buiten Aracena. Ik woonde en werkte daar in een enorm grote en licht atelier met daar direct aangebouwde fijne studio omgeven door een betoverend mooi landschap. Op mijn Instagram- en Facebook accounts deed ik dagelijks in beeld en tekst verslag van deze zeer productieve werkperiode.: instagram.com/ptrooster en facebook.com/pimtrooster
PROTO ZWOLLE 2020
Tears from heaven | intelligente-lockdown project van Pim Trooster in het Akademiehuis / Grote St Michaëlskerk in Zwolle
Als gevolg van de ‘intelligente lockdown’, de reactie op de Covid-19 uitbraak werden tot mijn grote teleurstelling op 12 maart jl. de deuren van de musea en van alle andere publiekstoegankelijke culturele organisaties voor onbepaalde tijd gesloten. Zo ook van Museum de Fundatie en Kasteel Het Nijenhuis, waar sinds 18 januari werk van mijn hand in twee solo presentaties wordt tentoongesteld. Ik besloot om niet bij de pakken neer te gaan zitten en een serie sculpturen bestaande uit van kunststof en pigment vervaardigde meteorieten, waar ik al maanden aan werkte, meteen in te gaan zetten en uit te gaan bouwen tot een omvangrijk pop-up-project dat ik in de openbare ruimte én in de virtuele werkelijkheid zou kunnen gaan presenteren tijdens de lockdown periode. Ik gaf het de titel Tears from heaven is geïnspireerd op ‘Tears in heaven’, het intrieste maar prachtige nummer van Eric Clapton, naar aanleiding van het tragische verlies van zijn zoontje, door een noodlottige val uit het raam. als Als 5 jarig jongetje viel ook ik, voor de ogen van mijn moeder uit het raam, lag langdurig met zwaar hersenletsel in het ziekenhuis maar heb het wonderwel overleefd. Bij mijn intelligente-lockdown-project ‘huilt’ niet een ouder van een verongelukt kind maar huilt de hemel meteorieten, als een wake-up-call voor de mensheid, die de aarde zo verkwanselt. Gedurende 42 dagen, ik startte op 21 april ( bijna gelijk met de katholieke vastenperiode) fotografeerde ik dagelijks mijn ‘Tears from heaven’, meestal ’s morgens vroeg zonder publiek, op allerlei locaties die mij dierbaar zijn of voor mij een speciale betekenis hebben.
Van deze pop-ups plaatste ik dagelijks 10 foto’s en een korte tekst over de gekozen locatie, op de tijdlijnen van mijn Instagram en Facebook account.
De reeks sloot ik af met de twee locaties van Museum de Fundatie in Zwolle en in Heino/Wijhe, waarna op 1 juni precies om 13:00 uur, het tijdstip waarop minister Ingrid van Engelshoven samen met Ralph Keuning in Zwolle ceremonieel de deur van Museum de Fundatie heropende, 30 van mijn ‘hemelse tranen’ in welverdiende retraite gingen in Koetshuis Borne waar ze tot 1 augustus 24/7 als installatie te bezichtigen zijn.
Door PROTO ZWOLLE 2020, de eindexamenmanifestatie van de gezamenlijke Zwolse creatieve- en kunstopleidingen, werd ik vervolgens uitgenodigd om als kunstprofessional te gaan deelnemen, in de presentaties in het Academiehuis gevestigd in de Grote Kerk van Zwolle. Hiervoor maakte ik een beeldverslag met in totaal 84 foto’s (van alle locaties 2 foto’s en 1 tekstje) op A5 formaat dat vanaf vandaag t/m 5 juli wordt tentoongesteld op een voorzetwand voor een eeuwenoude kerk wand.
PROTO ZWOLLE 2020 is van 26 juni t/m 5 juli op meer dan 60 locaties te bezichtigen in de binnenstad van Zwolle en in de Stadkamer (vlak buiten de Singel)
Pim Trooster (1954) is een postmodernist. Met grote vrijheid combineert hij allerlei kunstvormen en creëert hij een heel nieuwe eclectische beeldtaal. Geen medium is hem onbekend. Vanaf 18 januari 2020 is in Museum de Fundatie de installatie De Renovatie van Pim Trooster te zien.
De RENOVATIE in de 1,5m modus vanaf 1 juni t/m 23 augustus
Tegelijkertijd wordt in Kasteel het Nijenhuis nieuw en oud werk van hem geëxposeerd, waarin de Zwolse kunstenaar reageert op de collectie van de Fundatie.
Openingstoespraak van Patrick Mangnus bij ‘ Interventies’, mijn tentoonstelling in Kasteel Het Nijenhuis, 19 januari 2020
We zijn hier vandaag voor de feestelijke onthulling van de Interventies van Pim Trooster op deze prachtige en unieke locatie.
Als voorbereiding op deze opening heb ik van Pim een persoonlijke rondleiding gekregen in een record tempo en ademnood. Zelden heb ik in zo’n korte tijd hartstikke veel werk gezien! Ik hoop van harte dat jullie als bezoeker meer tijd nemen voor alle prachtige ontdekkingen en interventies!
Interventie 1:
‘Hartstikke: een woord dat ze moest hebben overgehouden aan een adoratie voor een Hollands popidool.’*
Pims werken zijn ware ontdekkingen die een andere wereld openen en ik nodig jullie van harte uit om mee te gaan op deze fantastische ontdekkingsreis. Vergelijkbaar met Gulliver’s Travels, of misschien is dit wel Pims Divina Comedia, waarin hij gids, dwaallicht en schepper tegelijk is.
In de goddelijke komedie is Dante Alighieri verdwaald in een donker woud en wordt het eerste deel van zijn reis aan de hand genomen door zijn held en gids Vergilius die hem redt van vele misstanden en demonen.
Wellicht zijn wij verdwaald in kasteel Heino en leidt Pim ons rond en ontsluit onze ogen en de collectie op een geheel eigen en intuitieve wijze.
Hoe mooi is het om binnen de bestaande collectie de bezoeker elke keer wederom te verrassen met assemblages die doen denken aan de tijden van Marcel Duchamp, met de absurditeit en complexheid van een Sebastian Erazussis, Marcel Broodthaers en de materiaalgevoeligheid van een Thierry de Cordier.
Over interventies gesproken: Ik probeerde online het artikel van de Stentor te lezen dat Pim op internet had geplaatst ter voorbereiding en dacht even dat ik OF een leesbril nodig had OF dat ik teveel psychedelica heb ingenomen via de wervelende overkill van de beelden van Pim van de voorgaande tentoonstellingen. De letters van het artikel kreeg ik maar niet scherp voor mijn ogen. Interventie nummer 1 kwam via Facebook. News en fake news dubbelden en vervaagden de tekst. Zelfs inzoomen en vergroten hielp niet.
Gelukkig ben ik redelijk bekend met het werk van duizendpoot Pim Trooster; ik kon de tekst ontcijferen en nog tussen de regels door lezen. De werken in interventies, en dan met name die uit de serie ‘renovatie’, zijn ontstaan vanuit de wandeling van Pims huis naar zijn atelier, tijdens een grootschalige verbouwing in zijn wijk de Pierik in Zwolle. De wandeling was nooit lang, maar vol vondsten. De hele wijk ging op de schop en Pim vond in de containers veel bruikbaar materiaal. In deze werkwijze kunnen we gemakkelijk een lijn trekken met het dadaisme van weleer. Geen mooie materialen, maar een direct commentaar op onze wegewerpmaatschappij. Misschien was dit wel een interventie in zijn dagelijkse wandeling en werd het neuzen in de containers een compulsieve handeling, want elke kunstenaar kent zo zijn eigen rituelen.
Pim vond oude poppen; weggesmeten, afgedankt. Een hele verzameling en een persoonlijke geschiedenis gedumpt. Maar dit deed hem ook denken aan speelgoed uit zijn eigen jeugd. Verhalen, maar ook materialen mogen niet zomaar verdwijnen en de vergetelheid van een of andere perscontainer ingaan.
Maar: terug naar het artikel,… via internet was het helaas niet gelijk terug te vinden, ….dus ik moest het wel doen met de dubbele letters. Maar wat schetste mijn verbazing: In het premium artikel onder het artikel van Pim een kop: Demonstratiepoppen gestolen!
Demonstratiepoppen? Zetten wij tegenwoordig dummies in voor ons ongelijk??? Zijn we zo bang geworden voor represailles vanuit de overheid die tegenwoordig toch al veel te veel van ons allen weet?
De interventie van het internet werkt; Ik was volkomen afgeleid! Demonstratiepoppen? Pim… wat heb je nu weer gedaan? Het stond reeds in het artikel: Je was geen lieverdje…vroeger…?
Mijn gedachten gingen aan de haal met de term demonstratiepoppen; spandoeken, borden met leuzen, een bezetting van het Nijenhuis!
Nog verder gingen de gedachtensprongen:….reformatiepoppen, een ware beeldenstorm! Want dat is wat Pim de laatste tijd is; gelukkig: UNSTOPPABLE!
Na zich jarenlang ingezet te hebben voor andere kunstenaars als curator van fantastische rijke initiatieven, ontstaat er sinds een tijd nu Pim zich weer volledig op zijn eigen werk stort, een ware NIET te stuiten beeldenstorm! Reformatie… doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg…NEE; niet bij Pim: To hell met dat Calvinistisch geneuzel: nee, doe maar gekker; want dat maakt het gewone nog net draaglijk.
Ik zie het ook wel voor me: Deze beelden van Pim als maquette voor een demonstratie van levensgrote beelden die de hele beeldentuin van het Nijenhuis overnemen! Buiten De white cube van het kabinet in het Paleis aan de Blijmarkt.
Ralph, dit was slechts een eerste aanzet; dit is het logische vervolg! Als een ware pitbull bijt Pim zich ergens in vast en laat niet meer los.
Ach, het hoeft niet allemaal brons te zijn wat er buiten glimt. Het mag ook best porselein zijn met saffieren ogen, goudluster details afgezet met diamanten op een sokkel van sloophout! Waar eindigt deze reis?
Interventie 2:
‘En? Hoe was de trip dit jaar? Iets gezien? Ze zouden zich schrap zetten, klaar om de blikken van ongeloof te incasseren en … dan toeslaan: Of ik iets gezien heb??? Houd u vast! Geloof het of niet, maar we zijn in een MC Donalds geweest!’ *
Maar terug naar dat vreemde artikel: Demonstratiepoppen…
Eindelijk begon het mij te dagen na keer op keer herlezen en overpeinzen. Demonstreren betekent ook: Tonen, ons laten zien, overtuigen. De ogen van het onwetend volk te openen.
Zonder de poppen konden de wijze levenslessen niet gegeven worden.
Van iets naar niets en vanuit dat niets weerom naar een albetekenend iets!
De trip die Pim ons biedt door het kasteel is een hedendaagse glitch in de beleving van de collectie van het Nijenhuis waarvan de heer Hannema de Stuers een heel leven heeft gespendeerd om deze prachtige moderne werken en verzamelingen bijeen te brengen. De modernistische vooruitgangsgedachte gevangen in een kasteel; het is haast Rapunzel die opgesloten is in de hoge kasteeltoren en lonkt naar de buitenwereld.
Dus Pim, laat je haar groeien en ‘let down your hair and pull us up’ tot ongekende hoogtes en geneugten.
Interventie 3:
‘Hij had het zichzelf gemakkelijk kunnen maken en een soort van Elvis Presley willen worden. Of een Pablo Picasso. Iemand die voldoende heeft aan zijn voornaam. Nooit eerder is het in de geschiedenis van de mensheid zo makkelijk geweest om beroemd te worden, en nooit eerder moest men daar zo weinig voor kunnen.’ *
Na zich jarenlang met eenzelfde elan te hebben ingezet voor andere kunstenaars is het nu tijd om deze beeldenstorm te ondergaan. Van video, tot geluidswerken, van assemblages tot schilderijen, van tekeningen tot foto’s. De noodzaak van het maken druipt er van af en nog nooit werd een historische beladenheid zo hedendaags.
Ik wil eindigen met een opdracht aan de bezoekers om buiten te starten bij de Bersau, de beukenhaag, waar Pim een subtiele toevoeging heeft gedaan middels een geluidsinstallatie.
‘De Hemelpoort’ is een ode aan zijn ouders die de gang door deze entourage tot een geheel nieuwe beleving maakt.
De tentoonstelling eindigt op de tekenzolder waar Pim samen met de conservator een keuze heeft gemaakt uit de collectie.
Er zijn werken te zien die zelden of zelfs nog nooit zijn getoond, geflankeerd met eigen foto’s, tekeningen en schilderijen die een dialoog aangaan met de collectie.
Ook hier heeft Pim zijn ouders trots tot koning en koningin gekroond.
De tentoonstelling eindigt daar met een 15 minuten durende videocompilatie die nogmaals het multi-talent van Pim benadrukt.
Wat een prachtige subtiele interventies in een weloverwogen presentatie. Soms reagerend op beeld, soms op een object, dan weer op materiaal, of een plek in het kasteel en een enkele keer zelfs op titel.
Niets is heilig, geen huis blijft overeind in deze storm. Alles gaat op de kop, maar wat een respectvolle aansluiting op de collectie. Of, misschien is het andersom: Wat is de collectie een schone omsluiting van het grote oeuvre van deze hedendaagse beeldenheld.
* De interventies zijn citaten uit ‘ De laatste liefde van mijn moeder’ van Dimitri Verhulst. (een verhaal over een reis die ook onuitwisbare sporen nalaat)
Patrick Mangnus, 19-01-2020
DE RENOVATIE
in Museum de Fundatie van 18-01 t/m 05-05-2020
‘De Pierik’ is een deel van de Zwolse wijk Assendorp en is vanaf de jaren ’30 van de vorige eeuw gebouwd voor de huisvesting van personeel van de Nederlandse Spoorwegen. Deze oude spoorwijk, waar Pim Trooster sinds 1995 woont, bestaat deels uit koopwoningen maar voor het overgrote deel uit sociale woningbouw. De woningbouwvereniging die het grootste deel van de wijk bezit, is in 2018 gestart met een ingrijpend renovatieproject. Van alle huurwoningen zijn deuren en raampartijen vervangen. Het ateliercomplex waar Trooster werkt ligt middenin deze wijk. Dagelijks zag hij, op weg naar zijn atelier, het renovatieproces vorderen en startte hij met het ‘jutten’ van mooie stukjes sloophout uit de bouwcontainers. Ook trof hij naast een bouwcontainer drie verhuisdozen tjokvol oude poppen en speelgoedbeestjes, met liefde verzameld maar nu afgedankt als oud vuil. Het raakte Trooster zo, dat hij de poppen aan zijn 90-jarige moeder liet zien waarop zij verrukt zei dat dit soort poppen de ‘Barbies van haar jeugd’ waren in de jaren 30-40, de tijd dat ‘De Pierik’ is gebouwd. Van de mooie stukken sloophout en de poppen heeft Pim Trooster een serie poëtische assemblages gemaakt om zo een nieuwe toekomst te creëren voor afgedankte ‘schatten’. De serie heet De Renovatie en wordt als installatie gepresenteerd in een kabinet op de begane grond van Museum de Fundatie.
Sculptures
Since August 2017 I work in a new studio, very close to our house. In this studio I work on a daily base on a series of small sculptures.
Open Studio's 2019, Cyclamenstraatcomplex
In het weekend van 23 en 24 maart houden 9 kunstenaars van Ateliercomplex Cyclamenstraat 14-16 open studio's. Bezoekers zijn deze dagen van 12:00-17:00 uur van harte welkom.
Kunst om Dalfsen 2019
Kunst en Cultuur op diverse locaties in en om Dalfsen op 4 en 5 mei . Precies 10 jaar nadat ik met mijn kunstcentrum SAFE, dat sinds 1993 was gevestigd in de atoomschuilkelder onder het toenmalige Gemeentehuis, uit Dalfsen ben vertrokken ben ik door mijn zus Maartje Trooster (van DOOR Edelsmeden) en haar man Coen Jansen (Vaste Planten) uitgenodigd om tijdens deze editie van Kunst om Dalfsen mijn werk weer eens in Dalfsen over het voetlicht te brengen. In een grote kas in het achterste deel van de kwekerij toon ik solo een serie recente schilderijen en een dertigtal kleine sculpturen.
The Silent Majority
Groepstentoonstelling in maart -april 2017 in Kunstenlab Deventer.
Multimedia-installatie met de titel 'Are you talkin to me ..?'
Outplacement /experiment in het Beeldenpark
'Echo in Eternity' ,2017 van Bonno van Doorn
van 20 mei t/m 29 oktober 2017
Op uitnodiging van de Anningahof selecteerde Pim Trooster 11 kunstenaars voor de tentoonstelling ‘Outplacement’. Zij ontwikkelden voor de eerste keer in hun carrière een buitenbeeld. Hun werken worden als een groepstentoonstelling in het achterste gedeelte van het nieuwe beeldenpark van Landgoed Anningahof gepresenteerd.
In 2016 presenteerde Kim Habers een 13 meter lange ‘luchtbrug’ in de Rijksluchtvaartschool te Eelde, bestaande uit uitgesneden tekeningen. Dit als onderdeel van de door mij samengestelde zomertentoonstelling Into Nature –art expedition-.
We fantaseerden erover hoe mooi het zou zijn dit werk tussen de bomen van De Anningahof een tweede leven te geven. Een prachtige wellicht niet te verwezenlijken fantasie. Maar toch….op de grens van het onmogelijke ligt de ultieme uitdaging.
Voor kunstenaars die ruimtelijk werk maken is het niet eenvoudig om zich een plaats te verwerven binnen de groep die in aanmerking komt voor opdrachten in de openbare ruimte. Het merendeel krijgt die kans helemaal nooit…. waardoor talloze prachtige ontwerpschetsen en kleine maquettes het atelier nooit zullen verlaten.
Hib Anninga vroeg mij om als gastcurator voor een deel van het nieuwe beeldenpark een soort 'Prospect en Concepts’ (de jaarlijkse jong talent presentatie van het Mondriaan Fonds in de Van Nelle Fabriek tijden ART Rotterdam) samen te stellen met een groep voor de Anningahof nieuwe kunstenaars.
Al snel kwam ik met het idee om vanuit de werktitel In<Out, een nieuw 'Anningahof-kunstenaars-elftal', (als een nieuwe stap in hun carrière), een ‘binnenbeeld’ te laten doorontwikkelen tot een ‘buitenbeeld’.
In een besneeuwd park kwamen we bijeen rond een pan dampende soep in de Vechthal. Plannen werden gemaakt en gewogen op haalbaarheid. Het is een heel pluriform geheel geworden. Variërend van conceptueel tot poëtisch, van transparant tot massief van fragiel tot monumentaal, van theatraal tot interactief.
Deelnemende kunstenaars: Maurice Bogaert, Bonno van Doorn, Jonathan van Doornum, Esther de Graaf, Kim Habers, Menno Hiele, Jaap Kater, Sachi Miyachi, Bianca Runge, Ian de Ruiter & Sjoerd Tim en Dieke Venema.
Outplacement is mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van Stichting Vrienden van de Anningahof en door de Gemeente Zwolle.
In transitie / Es war einmal / Ground control
Vechthal
Solopresentatie over de transitie in de Vechthal, van het beeldenpark van Landgoed Anningahof. Van 20 mei t/m 29 oktober 2017
Het beeldenpark van Landgoed Anningahof is sinds 2015 grotendeels getransformeerd. Een deel van het oude park werd afgesneden en de aan de andere kant aangrenzende grond, kreeg de Anningahof er voor terug. De daarop staande vervallen boerderij vol asbest werd aangekocht en vervolgens afgebroken en een geheel nieuw deel van het beeldenpark werd aangelegd. Met een 500 meter lange geluidswal als 'achterwand', een lange door het park slingerende nieuwe vijver, met een paar duizend nieuwe heesters, vaste planten en bomen in allerlei soorten en maten.
Es war einmal 1,2 en 3
Met foto’s die Trooster in de nu verdwenen boerderij nam, maakte hij drie collages die de titels mee kregen: ‘Es war einmal’ 1, 2 en 3.
In transitie
Gedurende de transitie van het beeldenpark maakte Trooster meer dan 500 foto’s. 15 van deze serie foto’s bewerkte hij met acrylmarkers. Deze bewerkte foto’s worden, als fotoserie getoond. Deze fotoserie is, genummerd en gesigneerd verkrijgbaar; los of als serie in drie verschillende maten, geprint op ‘Hahnemuhle Brite White-papier’ en gemonteerd op dibond of aluminium, voorzien van een ophangsysteem.
Ground control
Een serie van 8 foto’s gemonteerd op aluminium, voorzien van ophangsysteem. (In de open kast onder het beeldscherm.)
Beeldscherm
Op het beeldscherm in de Vechthal is een presentatie te zien over de transitie van het Beeldenpark. Voor de montage, die een overzicht laat zien van de grote verandering in het park sinds 2014, gebruikte Steven van Welie de door hem gemaakte foto’s en drone-filmpjes én foto’s en muziek van Pim Trooster.
All together now
In de Ruimte van Rolf in Gouda presenteerde ik in april 2017 de beide series die ik in 2016 heb geproduceerd.
Van de serie 365+1 Plate service drawings (die in middels toch was uitgegroeid tot meer dan 430 werkjes van 10x10 cm) presenteerde ik er 400 in een wandinstallatie. Daarnaast toonde ik hieruit een serie van 10 (voorbeeld) fotoprints van 30x30 cm gemonteerd op aluminium met ophangsysteem, die ik per stuk aanbood voor €90 perstuk.
Ruimte van Rolf
Daarnaast toonde ik de 30 tweeluiken uit de serie GoudAsfalt die ik tijdens de WEES/WELKOM residensie maakte in Gouda.
Plate service drawings, 3
Tijdens Beelden 2016 de zomertentoonstelling van Landgoed Anningahof presenteerde ik 56 werkjes uit de Plate service drawings-serie en 5 Plate service paintings in de Vechthal van het Beeldenpark. 25 van deze werkjes van 10x10cm vonden hun blijvende bestemming in de woonkeuken van Hib Anninga.
WEES/Welkom
Van 1 t/m 31 mei 2016, neem ik deel aan WEES/welkom een kunstevent, in het oude Weeshuis van Gouda, georganiseerd door ArtGouda. 45 kunstenaars van geheel pluriform karakter zijn geselecteerd om gedurende de maand mei op locatie tewerken. Veel van hen vonden hun inspiratie in de geschiedenis van het 17 de eeuwse Weeshuis dat sinds eind jaren 40 van de vorige eeuw tot verleden jaar dienst deed als openbare bibliotheek.
Ik heb daar een vertrek toegewezen gekregen waarin aan een zijde een keuken inclusief de enige koelkast van het gebouw gesitueerd is. Voor het raam dat toch bij eenieder Vermeer-associaties oproept zit ik daar heel rustig te werken aan mijn GoudAsfalt-project en aan mijn ongoing Plate-Service-project. DE sfeer wordt verder luiser bijgezet door geluiden die opstijgen van de binnenplaats en het gezellig gebabbel van mijn twee buurmeisjes waarvan er één ook nog ritmisch geratel produceert op haar oude Singer naaimachine. Kortom ik kan mijn geluk niet op. Hieronder een beschrijving van mijn WEES/welkom activiteiten.
GoudAsfalt
Aan de Gouderaksedijk langs de Hollandse IJssel trof ik tijdens de tweede dag van mijn deelname aan WEES/welkom een openstaand hek dat mij toegang verschafte tot het terrein van Asfaltcentrale Gouda. Er stond een bewaker naast zijn busje te telefoneren. Ik toonde hem mijn fotocamera en met een handgebaar gaf hij me toestemming het terrein te betreden. Binnen 15 minuten maakte ik 30 foto's van deze prachtige in onbruik geraakte asfaltfabriek, waarna de bewaker mij verzocht het terrein weer te verlaten waarna het alarm werd ingeschakeld en het hek zorgvuldig werd vergrendeld.
Later hoorde ik, van mijn Goudse familieleden waarbij ik tijdens mijn deelname aan WEES/welkom logeer, dat het Asfaltbedrijf de week erna geheel gesloopt zou gaan worden en dat een groep Goudenaren onder de naam GoudAsfalt dit terrein gaan omtoveren in een evenemententerrein met zelfs een veerdienst die de afstand tot het Centrum van Gouda enorm reduceert.
Een prachtig actueel onderwerp had ik hiermee te pakken dat precies aansluit bij het thema van het kunstevent. Een verweesd bedrijventerrein dat omgetoverd wordt tot een voor de inwoners van Gouda betekenisvolle
plek.
De foto's heb ik de volgende dag tweemaal op A4 formaat laten afdrukken.
Net als bij het Plate Service Drawings project tekende ik met acrylmarkers op een de ene helft van de foto's laat ik de andere helft als fotoserie bestaan.
Tijdens de eindpresentatie van 1 t/m 5 juni a.s toon ik beide series als 2-luikjes.
Plate Service Drawings, 2
Als vervolg op het Pate Service project dat ik voor De Aanschouw in de Witte de Withstraat in Rotterdam maakte, fotografeerde ik sinsdien elke keer de inhoud van mijn GFT-bak nadat ik er iets in had gedeponeerd.
Dit deed ik consequent tot 1 januari 2017. 365+1 (2016 was een schrikkeljaar); deze foto's, afgedrukt op het formaat 10x10cm, betekende ik met fineliners en acrylmarkers. Elke dag van het jaar postte ik de bewerkte foto op de community-facebookpagina van het 365+1 tekenevent. Aan het einde van het jaar werden de 366 werkjes als vloertegeltjes gepresenteerd in de BEELDBAD-groepstentoonstelling in zwembad De Blokken te Oosterhout. Gepresenteerd tegelijk met de 366 tekeningen (in totaal ruim 18.000 werkjes) van vele andere kunstenaars.
Ik publiceerde in 2016 deze werkjes ook dagelijks op mijn eigen facebookpagina en vanaf juni 2016 ook dagelijks op mijn Instagram-pagina.
Labyrinth / Plate service drawings, 1
Eind januari 2016 organiseerde collega/kunstenaar Jeffry Koopman een groepstentoonstelling in het Metsellokaal van DOAS, (De Oude Ambacht School) waaraan ik met mijn eerste 25 Plate service drawings en 11 Plate service paintings deelnam.
Plate service
De Aanschouw, sept 2015.
In juni 2015 werd ik door Bianca Runge uitgenodigd om eind augustus een werk te tonen in De Aanschouw; de aan de gevel hangende vitrine van café De Schouw in de Witte de Withstraat te Rotterdam. Hier vindt sinds 2001 wekelijks op donderdagavond een wisseling van de wacht plaats. Ik zou dus de zevenhonderd-zoveelste exposant zijn. Ik had tot dat moment nog niet eerder van dit kunstproject gehoord en het was mij ook nooit eerder opgevallen, ondanks het feit dat ik regelmatig Tent en Witte de With Art-Center in dezelfde straat bezoek .
Ik ben toen gestart met het fotograferen van de inhoud van mijn GFT-bak. Met name in de zomer probeer ik altijd zo snel mogelijk het rode bakje met organisch afval, dat standaard op ons aanrecht klaar staat, in de groene GFT-bak te kiepen. Zo snel mogelijk om niet al te lang bloot te worden gesteld aan de rottingslucht en de vliegjes die uit de bak opstijgen. Mij was gebleken dat de beelden die ik telkens toch maar een fractie van een seconde op mijn netvlies kreeg toch behoorlijk lang op mijn netvlies bleven hangen. Eigenlijk vormde het afval zo ingekaderd onder in die bak steeds prachtige en vaak kleurrijke stillevens. Ik besloot na elke 'storting' het ontstane stilleven te gaan fotograferen.
Voor de presentatie liet ik 25 foto's afdrukken, bevestigde ze op een aluminium
achterwand met aan de achterkant een 'u'-profiel. Daarna bouwde ik een vitrine die 5 cm aan alle zijden kleiner was dan De Aanschouw-vitrine en monteerde ik de 25 foto's daarin, zodat ik op de bewuste donderdagavond, eind augustus het geheel in één handeling kon installeren.
Omdat voor mij het fotograferen van GFT-afval in directe relatie stond met vorige series als 'Pick up the pieces' en 'Ventimiglia Stone-Drawings' , besloot ik er 75 door mij betekende stenen als bodem aan toe te voegen en gaf de presentatie de titel "Tracee" mee.
Toen ik het werk had ingericht werd mij, mede door het commentaar van enkele collega-kunstenaars die aan de toog zaten duidelijk dat het werk een prachtige relatie aanging met haar omgeving.
Pal naast De Schouw is een shoarma-tent. De verlichte reclame toont vergelijkbare foto's met die van mijn fotoserie.
Een van de twee collega's zag mijn werk als een prachtig staaltje van 'Fooddressing' iets waar hij les in bleek te geven op een kunstacademie.
Dronken en fanatiek probeerde hij mij over te halen om de stenen weg te laten.
"Overbodige toevoeging die het beeld ontkracht."
Eigenwijs als ik ben drong hetgeen hij met dubbele tong maar bleef herhalen wel degelijk tot mij door als opbouwende en terechte kritiek maar bleef ik toch bij mijn oorspronkelijke plan en liet de stenen liggen.
Eigenlijk had hij groot gelijk.
Na deze presentatie ben ik stug doorgegaan met het uitbouwen van de fotoserie. De titel Tracee heb ik losgelaten. Op de site zijn de foto's nu te zien onder de titel 'Plate service'.
In onze wereld van de schrijnende tegenstelling tussen overvloed en gebrek, een veel passender titel dan Tracee.
The Monochromes
Lennart van der Meulen (dir van de VPRO) en Pim Trooster in het VPRO gebouw, voor 'The Monochromes' uit de serie '51-Colourbox-project'.
In 2011 door de VPRO aangekocht.
--------------------------------------------------------------------------------------------
Kunstenaar/curator Pim Trooster, met achter hem eigen werk. Hij maakte in Dalfsen en Zwolle ruim tweehonderd tentoonstellingen. (hieronder het artikel nogmaals maar dan 'leesbaar'.
With a little help...
Zondag is With a little help... de laatste tentoonstelling van P'ART of your life in Zwolle geopend. Initiator Pim Trooster bracht 19 jaar lang eigenzinnig talent vanuit de Randstad en het buitenland naar Overijssel.
Door Marina de Vries - in de Volkskrant van maandag 11-11-2014
Beatrix
Voor elke tentoonstelling die hij maakte, ruim tweehonderd, nodigde curator en beeldend kunstenaar Pim Trooster toenmalig koningin, nu prinses Beatrix per brief uit voor de opening. Nooit kwam er een reactie. Tot nu. Bij zijn afscheidstentoonstelling in Zwolle laat prinses Beatrix bij monde van haar particulier secretaris weten dat zij tot haar spijt niet in de gelegenheid is om de opening bij te wonen. Wel wenst zij Trooster en al zijn gasten een ‘geslaagde afsluiting toe’.
Geen zendeling
Onvermoeibaar struinde curator Pim Trooster de af- gelopen negentien jaar langs afstudeertentoonstellingen en kunstmanifestaties. Op zoek naar eigenzinnig talent voor zijn kunstenaarsinitiatief, eerst voor Safe in Dalfsen, daarna in Zwolle. Gister opende zijn laatste tentoonstelling.
Met 40 liter soep, een door griep gehavend lijf en desondanks een fikse portie energie, onthaalde curator Pim Trooster (59) gisteren zijn gasten in Zwolle. Door de bedrijfshal, waar sinds vijf jaar het door hem opgezette kunstenaarsinitiatief ‘P.ART of your life’ zetelt, waaieren grote installaties over leven, nostalgie en vergankelijkheid.
Trooster maakt al sinds 1994 van alle openingen een feest. Destijds werd de eerste tentoonstelling in de provincie zo belangrijk geacht dat staatssecreta- ris van cultuur Aad Nuis hoogstpersoonlijk de opening verrichtte. Nu was er geen hoogwaardigheidsbekleder om de afscheidsrede uit te spreken. Trooster: ‘De gemeente Zwolle heeft laten weten dat P.ART per 1 januari geen aanspraak kan maken op subsidie. En ik heb geen zin meer om voor de centen te knokken.’
Negentien jaar knokte hij wel. Hij maakte ruim tweehonderd tentoon- stellingen, liet ruim vierhonderd kunstenaars nieuwe presentaties maken, vele gedenkwaardig. Wat was destijds zijn ideaal? ‘Ik wilde mensen niet bekeren. Ik ben geen zendeling.’ Het idee ontstond doordat de tot dramadocent opgeleide kunstenaar moest verhui- zen vanwege het werk van zijn vrouw. ‘Ik vond het culturele klimaat in de pro- vincie weinig aantrekkelijk en dacht: ik neem de kunst van de Randstad mee naar de provincie.’
Trooster zocht, en vond een lege, voormalige atoomschuilkelder onder het gemeentehuis van Dalfsen en begon zijn eerste kunstenaarsinitiatief, Safe. Hij had het politiek-financiële tij mee. Dat hamerde op een gelijke spreiding van werk en cultuur over het hele land.
Vanaf dat moment scoutte Trooster minstens een dag per week talent. Hij
bezocht afstudeertentoonstellingen, exposities, musea en kunstmanifesta- ties, in de Randstad en in het buiten- land. Van alle kunstenaars die hij toonde, heeft hij een waslijst aan favorieten. Trots is hij op Stefanos Tsivopoulos, die in Dalfsen een video-installatie bouwde en nu het Griekse paviljoen op de Biënnale van Venetië voor zijn reke- ning neemt. Trots is hij ook op de tere, rituele bouwsels van Sachi Miyachi, op de sciencefictiondocumentaires van Floris Kaayk en op de driewielers van André Kodde, die landelijk nieuws wer- den. Ze reden harder naarmate de berijders harder schreeuwden.
Waarnaar hij al die jaren zocht? ‘Naar avontuurlijk en eigenzinnig ta lent en naar werk dat ik nooit eerder had gezien.’ Dat hij veel installatie- en videokunstenaars uitnodigde, vloeide in eerste instantie voort uit de ruimte. ‘Ik beschouwde die enorme atoom- schuilkelder in Dalfsen als een laboratorium. Ik wilde kunstenaars die er voor open stonden om een relatie aan te gaan met die ruimte, de plek, de mensen en de sociaal-economische situatie. Ik vroeg ze nieuw werk te maken. Het simpelweg verplaatsen van kunstwerken van A naar B vind ik niet interessant.’
Na de atoomkelder, die gesloopt dreigde te worden, vond Trooster een nieuwe vrijplaats in een bedrijfshal in Zwolle. Die werd door de huurder, een accountantsbureau, gratis ter beschikking gesteld. Trooster financierde de verbouwing zelf en vocht voor subsidie. Die werd uiteindelijk voor vier jaar toegekend, vanwege zijn grote verdiensten voor de regio.
Hoe lonend was en is het, kunst brengen in de provincie? ‘Dat is altijd ingewikkeld geweest. Ik heb voortdurend een select, enthousiast publiek gehad. Tegenwoordig word je afgerekend op publieksbereik, maar het is een illusie dat een dergelijke vrijplaats grote bezoekersstromen haalt en zichzelf kan bedruipen.’
Nu hij geen subsidie meer krijgt en zijn mecenas vanwege de recessie ge- dwongen is de bedrijfshal af te stoten, stopt Trooster ermee. Hij is het vechten zat en heeft ondertussen vanuit zijn positie als artistiek leider van het Artist In Residence-programma Kunst in Kolderveen zijn aandacht verlegd naar Drenthe, waar hij een landschaps- kunstbiënnale opzet. De eerste editie vindt plaats in de zomer van 2016.
Wat betekent dat voor Zwolle? ‘De stad gaat een plek missen voor heden- daagse kunst, voor experiment. De kunstenaars gaan een plek missen om hun talenten te ontwikkelen. Straks is alleen nog ruimte voor blockbusters, voor de smaak van de massa. Dat is een verschraling hoor.’
With a little help...final presenta- tion, groepstentoonstelling, samengesteld door gastcurator/ kunstenaar Nora van den Berg. In: P.ART of your life, Zwolle.
Tot 29/12, p.artofyourlife.nl
-------------------------------------------------------------------------
COUP DE FOUDRE
Toespraak van Lucette ter Borg ter gelegenheid van de opening van Coup de Foudre, een groepstentoonstellingsamengesteld door Pim Trooster, op uitnodiging van Hib Anninga in de Aaltje Snijdershal van Beeldentuin Landgoed Anningahof.
"Voor Hib Anninga, Pim Trooster en alle kunstenaars, Coup de Foudre en de Anningahof, Zwolle – lente/zomer 2014
Ik vind het een eer om hier iets te mogen zeggen. Om een heleboel redenen. Ten eerste omdat ik jou Hib heel erg waardeer – niet alleen vanwege de wijze waarop je jouw ouderlijke boerderij en de ommelanden met jarenlange zorg en liefde hebt omgetoverd tot een paradijs waar de natuur en die vreemde snuiter van de eigentijdse kunst elkaar in harmonie vinden. Maar ook omdat je, ik kan het niet ander zeggen, gewoon een ontzettend aardige en lieve man bent.
Dan is er de tentoonstellingsmaker hier aanwezig. Jij Pim, die gisteren met behoorlijk wat geknor zestig bent geworden. Troost je, er zijn mensen van veertig die er ouder uitzien dan jij. Alle steekwoorden die ik de afgelopen dagen in mijn opschrijfboekje heb genoteerd – en dat zijn er behoorlijk veel – vertegenwoordigen maar één ingrediënt uit die rijk gevulde en over de rand klotsende soep die jij bent. Vallen en weer opstaan, ongelooflijke doordouwer, aanjager, initiator van honderden kunstprojecten en tentoonstellingen, facebook-verslingerde, op kunst verliefde, gezellige kletskous, enorme giebel, keukenprins, kinder- en dierenvriend, schilder, tekenaar, videokunstenaar, fotograaf, korte verhalen schrijver, beeldhouwer - Pim, je bent het allemaal, en je doet het allemaal.
En nu deze tentoonstelling, die Coup de Foudre heet en dat zoveel betekent als op slag verliefd. Zo’n op slag verliefd-tentoonstelling die door jou is samengesteld kán niet anders dan een groepstentoonstelling zijn. Want denk jij aan één kunstenaar die je goed vindt, dan zijn er altijd weer anderen die ook zo verdomd getalenteerd zijn. Je kracht Pim zit niet in de beperking maar altijd in de uitbreiding en de veelvormigheid.
Laatst hadden we het over de telefoon over de schilder Seet van Hout, van wie ik vind dat ze zulk goed werk maakt omdat haar schilderijen chaos vertolken, die heel geraffineerd is opgebouwd. Met het jouw kenmerkende enthousiasme riep je meteen: ‘Ja, zo is het precies met mijn werk. Mensen zien er chaos in, maar voor mij zit alles met een precies omschreven doel op een bepaalde plek en leidt elke associatie weer tot een logische volgende associatie.’
Je hebt dus zes kunstenaars gekozen. Het zijn kunstenaars die je goed vindt, maar ook die je lief zijn. Met alle hier aanwezigen – de één sterker dan de ander – heb je een grote persoonlijke band, of die nu ontstaan is op de camping, op een eindexamen, een grote Biennale. Je gaat altijd de persoonlijke band aan met kunstenaars. Dat probeer je althans. En dat vind ik mooi. Dat maakt deze tentoonstelling echt een afspiegeling van wie jij als mens bent.
De kunstenaars hier weerspiegelen in al hun veelvormigheid kleine stukjes van jouw eigen manier van kunst maken. Niet dat zij maken wat jij maakt, maar de talen waarin ze zich uitdrukken - Jan Maarten Voskuil abstract, Joost Bakker poëtisch en literair, Maurice van Tellingen figuratief -: dat zijn talen die je in jouw hybride werk ook aantreft.
Met sommige van deze kunstenaars heb ik zelf ook al jaren contact. Joost Bakker volg ik sinds ik hem als gastdocent tien jaar geleden op het Sandberg Instituut in Amsterdam leerde kennen en met wie ik sindsdien brieven schrijf. Die brieven gaan over ons beider honden, tweedehands Bechsteins, de liefde én het ‘teder fatalisme’ van zijn lichttekeningen, zoals Joost ze zelf noemt. Joost probeert in veel van zijn werk de snelheid te vertragen en wat stil staat in beweging te brengen – vandaar ook die subtiele geanimeerde tekeningen. Joost, je hebt weleens gezegd dat je zo houdt van de Italiaanse schrijver Cesare Pavese. Want Pavese schrijft: ‘We weten dat de zekerste en snelste manier om verrast te worden het onverstoorbaar gadeslaan van hetzelfde voorwerp is. Op een gegeven moment zal het ons doen voorkomen – wonderlijk genoeg – dat wij dit voorwerp nog nooit gezien hebben.’ En zo is het ook bij jouw tekeningen: het is alsof je ze iedere keer opnieuw ziet, en iedere keer gloort er die melancholieke ondertoon die zo wezenlijk is voor jouw werk. Alsof de herhaling nooit goed kan maken wat in het allereerste begin al mis is gegaan.
Stefan Gross en zijn reusachtige roze teletubbie-apparaten ontdekten we samen op de Twente Biennale. ‘Wow’, zeiden we tegen elkaar: ‘Wie is die jonge kunstenaar? Nog nooit van gehoord.’ Een jaar later sleepte ik je mee naar twee solo’s die Stefan had in twee galeries in Vlissingen en Delft. In Delft ontmoetten we hem en hij bleek een al best bedaagde meneer van vijftig. Ik schreef in de krant onder andere over zijn Fungi Town – zijn 24 vierkante meter groot zwevend en licht doorlatend stadspanorama dat bestaat uit structuren, stoppen, kroonsteentjes, kurken en allerhande malletjes. Het is de paddenstoelenstad waarvan hier een industriële versie hangt, een soort booreiland, de nachtmerrie voor Barbies. Ik schreef en jij nodigde Stefan naar aanleiding van dat eerste bezoek uit voor geloof ik meteen wel drie tentoonstellingen.
Stefan ontwikkelde voor zijn werk een heel eenvoudig procedé. Ik wil er even bij stilstaan, anders begrijpt niemand hier hoe zijn beelden worden gemaakt. Melkwitte korreltjes van thermoplast worden in een steelpannetje gesmolten, er wordt pigment aan toegevoegd totdat er een dikke plastic smurrie ontstaat. Die smurrie gaat in mallen. Alles kan inspiratie voor zo’n mal zijn: van vliegtuigmotor tot varkensboerderij, van radiator tot kamerplant, van stekkerdoos tot de raketwerper op rolschaatsen die we hier zien. Met verfbrander en strijkijzer ‘smeedt’ Gross de verschillende vormen aan elkaar. Het materiaal is zo kneedbaar, dat de beelden met gemak in de auto kunnen worden gepropt. Stefan is daar heel praktisch over. Als er iets afbreekt in de auto, plakt hij er eenvoudig iets nieuws aan.
Jan Maarten Voskuil is zoals ik al zei de enige abstracte schilder in het gezelschap, alhoewel schilder eigenlijk niet dekt wat Jan Maarten doet. Jan Maarten beeldhouwt feitelijk met verf en linnen, en zijn schilderijen zien eruit zien alsof ze in de ruimte kunnen bewegen. In een interview heb jij, Jan Maarten, weleens verteld dat je begonnen bent als realistische schilder. De Haagse School noemde je zelfs als inspiratiebron. Maar die verhalen gingen je in toenemende mate tegenstaan en wat we hier zien is een eindeloze reductie van verhaal. Een wegsnijden en wegdenken, totdat er alleen nog heldere geometrische vormen overblijven, terug te voeren vaak op een cirkel die wordt omgeklapt, gehalveerd en verder gemaltraiteerd.
Jan Maartens werk refereert aan beroemde en vooral heel strenge voorgangers van de conceptuele en minimal art, maar het fijne is dat zijn referenties altijd lichtvoetig zijn en nooit dogmatisch. Ik zie Jan Maartens abstracte monochromen graag als een soort speelkameraadjes: hun titels verwijzen naar de dagelijkse dingen van het leven, spiegeleieren, gecapitonneerde kussens, en ook neemt hij zichzelf niet altijd serieus. En die relativering is bevrijdend: ik kan me niet voorstellen dat monochroom werkende kunstenaars als Ad Reinhardt of Fontana hun werk ooit als ‘alfabet van maffe kleuren’ zouden omschrijven, zoals Jan Maarten doet.
Veronique Schrama’s grote muurvullende tekening hier zie ik als een metafoor. Zij tekent als het ware de ingewanden van ons hoofd, maar dan in architectonische vorm. Je kunt denken aan Piranesi - maar dat is veel te makkelijk. Piranesi’s Carceri-reeks is veel te perfect doorgedacht voor Schrama. Haar gebouwen staan uit het lood, hebben de wonderlijkste passages, daken staan schots en scheef. Het is een soort theater. Eenzelfde soort theater dat Kim Habers, Stefan Gross en Maurice van Tellingen ook verbeelden. Maurice in driedimensionale maquettes – pareltjes van eenzaamheid en alledaagse poëzie die als vertrekpunt een doodgewone putdeksel hebben, een stoeprand op straat of een zwembad dat leeg is. Kim Habers in tekeningen die ook al het woord tekening niet kunnen dragen. Want Kim verknipt vaak haar tekeningen en bouwt ze om tot driedimensionale groeisels.
Het ‘beeld van een stad’ dat zij vorig jaar in het Stedelijk Museum in Zwolle liet zien, werd van dag tot dag omvangrijker. Steeds grotere gezwellen hechtten zich aan muren, vergroeiden ermee, hingen als gordijnen korstmos in een regenwoud in de ruimte. Zit je er met je neus bovenop, dan zie je getekende membraanachtige structuren, bijna architectonische schakelstukken die uit het plafond lijken te groeien. Aan plattegronden van fictieve steden doen ze me denken, aan steden die zijn opgetild met twee reusachtige vingers, alsof iemand een tafellaken van tafel haalt en uitklopt.
En dan kom ik hier toch op een overeenkomst. Al het werk hier aanwezig zegt iets over een toekomst maar tegelijkertijd refereren ze aan vroeger. Of het nu Jan Maartens abstracte monochromen zijn of Maurice van Tellingens gesublimeerde en van leven ontdane maquettes. De kunst hier aanwezig verwijst naar machines die ooit werkten, naar hoog geavanceerde beschavingen waarvan de restanten soms nog spic en span om ons heen aanwezig zijn, soms ook alleen nog maar in verval om ons heen tieren. Destructie en constructie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
En hoe vind je de weg in die uitersten ? Moet je de weg vinden ?
Ik wil eindigen met een verwijzing naar een kunstenaar die in de jaren vijftig van de vorige eeuw een voorstel deed voor de toekomst en die ik bij Pim vind passen en ook bij de door hem uitgenodigde kunstenaars. Altijd plannen, altijd in beweging, ideeën, altijd creativiteit voorop.
Ik heb het over de utopische stad New Babylon, die de Nederlandse kunstenaar Constant Nieuwenhuis vanaf 1956 tekende en bouwde.
Heeft iemand ooit in die stad de weg weten te vinden?
Heeft iemand ooit geweten hoe je van de ene, volledig geautomatiseerde Babylonische sector naar de andere kan komen, doelbewust en rap, van woonhotel naar helihaven, van promenade naar snelweg of vliegveld?
Niemand doorgrondt alle sectoren, alle woonwijken, gemeenschappelijke ontspanningsruimtes en productieruimtes van Constants architectonische visioen. Niemand. Alles in dit labyrint is immers voortdurend aan verandering onderhevig.
Niets staat vast….Alles kan groeien…Alles is desoriëntatie en gebrek aan inzicht…Spelenderwijs.
Expres…Omdat alleen zo de verbeelding aan de macht kan blijven.
Ik wens u een inspirerende dag."
Lucette ter Borg - Zwolle, 17-05-2014
----------------------------------------------------------------------------------------------
NED 2
Pim Trooster over expositie in Gouda over NED2
ZWOLLE - Hij begrijpt de commerciële strijd van tv- en filmmakers om de ‘zappende kijker’ meteen te pakken en vast te houden. Maar als kunstenaar wil Pim Trooster (1954) zich daar niet mee bezig houden. „Hapklare brokken vind ik niet interessant. Ik hoef niemand te veroveren.”
Hij ontwikkelde de tentoonstelling NED2 die zaterdag in Museum Gouda wordt geopend. Een van zijn eigen werken heet ‘In Memoriam’, waarmee hij constateert dat televisie de langste tijd heeft gehad. Maar „grote uitspraken en nieuwe waarheden” schuwt hij. Samen met 21 andere kunstenaars geeft de Zwollenaar „niet belerend” kijkjes in onze beeldcultuur.
„Ik hoop dat het publiek zich verwondert”, zegt Trooster die op 20-jarige leeftijd zijn televisie uit het raam gooide na het zien van de Spaanse film El Televisor. De film uit 1974 wordt in het kader van de expositie zaterdagnacht op Ned2 uitgezonden. Deze productie van Narciso Ibáñez Serrador maakte onderdeel uit van een griezelfilmserie onder de titel: Verhalen om niet van te slapen. Sinds 30 jaar is Serrador de spelletjeskoning van Spanje die onder meer de Spaanse Waku Waku introduceerde.
We zien in El Televisor een man die totaal is geobsedeerd door televisie. Als hij eindelijk het kastje kan kopen, staat zijn gezinsleven op de kop. „Hij leeft als het ware in zijn tv”, vertelt Trooster. „Ik ga niet vertellen hoe het afloopt maar het is desastreus.” Na de laatste scène raakte de kunstenaar destijds direct overtuigd van de schadelijkheid van het medium. „Dit prachtige verhaal liet me zien dat televisie iedere vorm van creativiteit doodt. Het maakt van ons nietszeggende consumenten.”
Inmiddels is Trooster alweer jaren een geïnteresseerd maar selectief tv-kijker. „Ik vind het een prachtige uitvinding. Televisie schept problemen maar lost ook problemen op.”
Als jongen van 15 vroeg hij zich af of de uitzending over de eerste maanlanding echt of nep was. „Ik dacht aan een studio-opname. Later hoorde ik dat er wel een studioset klaar stond voor het geval het mis zou gaan.” De Donor Show van BNN noemt hij: „Geoorloofde belazerij. Acceptabeler dan alle vormen van reclame. Want de dingen zijn niet zoals ze zijn, zei Brecht al. Wie vertelt ons dat de Mexicaanse Griep niet gewoon een uitvinding is van de farmaceutische industrie.”
Troosters installatie ‘In Memoriam’ toont onherkenbare tv-onderdelen op sokkels en een interview op video met de 96-jarige Jan Dirk Zijp, die vlak na de opnamen overleed. Hij was directeur van de toenmalige zendermaatschappij Nozema. Zijp heeft zijn eigen rustige ritme. Vanuit zijn schommelstoel kijkt hij onder meer naar de Teletubbies. Fysiek en verbaal is hij langzaam maar mentaal blijkt hij hoogst actueel en skypt met familie in Amerika en Australie. „Zelf ben ik atechnisch maar ik raakte geboeid door zijn kennis. Voor hem is techniek gesneden koek.” Natuurlijk beseft Trooster dat veel kijkers bij In Memoriam en El Televisor zullen wegzappen. „Het tempo ligt veel lager dan we nu gewend zijn. El Televisor was toen een griezel- of horrorfilm. Nu moet je het zien als camp. Of liever, een gestileerde thriller die refereert aan het werk van Fellini en Bergman.”
Met zijn tentoonstelling NED2 lijkt Trooster een pleidooi te houden voor traagheid. „We lopen overal snel voorbij. En kijken of luisteren nauwelijks meer. Traagheid is inderdaad noodzakelijk in ons leven. Vakantie is toch ook fijn. Dan maken we tijd voor dingen waaraan we normaal niet toekomen. In traagheid vinden we de mogelijkheid tot geluk.”
NED2, Museum Gouda, vanaf 5/9 t/m 29 /11. Met werk van onder meer Douwe Dijkstra, Dik Bouwhuis, Marieke de Jong, Jan van Nuenen, Anna de Alvear, André Kodde, Simone Hooymans, MariaMaria, Pim Trooster, FO.AM, Harald Köhneke, Sachi Miyachi, Floris Kaaijk, Mannie Krak, Erik Kessels en Norbert ter Hall. El Televisor, VPRO, Ned2, 2.05-3.15.